Het is een koude dag in november. Buiten dwarrelt de sneeuw naar beneden, in de kamer is het aangenaam warm. De haard brandt en op de achtergrond klinkt de muziek van Einaudi.

 
Met een grote kop thee nestelt ze zich op de bank. Ze kijkt om zich heen, heel even sluit ze haar ogen om te genieten van dit moment. Even afgezonderd van alle zorgen. Weg van het verdriet waarvan ze weet dat het voor de deur staat, klaar om aan te kloppen en haar leven voorgoed binnen te wandelen.
 
Dan klinkt er luid gegorgel uit de andere kant van de kamer. Ze opent haar ogen weer. Zet haar kop thee op het tafeltje naast zich en loopt naar haar man die in het bed in de erker voor het grote raam ligt.
 
Ze helpt hem overeind, zodat hij meer lucht krijgt. Ze gaat naast hem op het randje van zijn bed zitten en legt haar hoofd op zijn schouder.
Zo naast hem zittend kan ze zich nog steeds niet voorstellen dat dit hun laatste dag samen is.
Hij wil niet meer, hij is er klaar mee. Zijn huisarts wil niet mee werken aan euthanasie en daarom heeft hij besloten het heft in eigen hand te nemen.
Hij heeft maanden allerlei medicijnen opgespaard en die gaat hij vanavond nemen.
 
De kinderen zijn uit logeren. Zij mogen niet weten wat papa van plan is. Hij heeft haar huilend en smekend gevraagd te beloven hen te vertellen dat het een natuurlijk overlijden is. Niet opgewassen tegen al dat verdriet sloeg ze haar ogen neer en heeft ze er mee ingestemd.
 
En daar zit ze dan….
Verscheurd door haar gevoel….
Voor eeuwig tegen haar kinderen liegen óf voor de waarheid gaan en voorbij gaan aan de wens van haar man?
 
Ze loopt terug naar de bank….pakt haar kop thee…nestelt zich in de kussens…..sluit haar ogen, en daarmee de werkelijkheid buiten….
 
…..nog even geen beslissing….