Het is vaak op de derde dag dat mensen wat persoonlijkere vragen aan mij gaan stellen. Zo ook in deze familie.

We staan met elkaar om het bed van opa Gijs. Chris van zes jaar zit op het bed naast hem. Daar zit hij eigenlijk steeds als ik even bij opa ga kijken om te zien hoe de opbaring gaat. Hij heeft dan allerlei vragen en is heel geïnteresseerd in wat ik allemaal doe en vooral ook waarom ik doe wat ik doe. En hij noemt mij geen Lot, maar mevrouw Lot.
 
Terwijl we daar staan, vraagt oma aan mij hoe ik in het vak terecht gekomen ben. Ik leg uit dat mijn vader overleden is toen ik vierentwintig was en dat daar het zaadje gezaaid is. Ze vraagt door naar de doodsoorzaak en zo staan we met elkaar een openhartig gesprek te voeren. Natuurlijk let ik ondertussen goed op de reacties van Chris en pas ik mijn woorden aan op zijn leeftijd. Volledig gebiologeerd luistert hij naar ons gesprek.
 
Uiteindelijk besluit oma het gesprek met de woorden: ‘dan ben je dus best op jonge leeftijd op een heftige manier je vader verloren’.
 
Op de dag van de uitvaart arriveert de rouwauto. De familie heeft voor een zilvergrijze gekozen. Chris heeft al snel contact met de chauffeur. Hij heeft een honderdtal vragen voor hem. Ik kom er eventjes bij staan. Ik vind het altijd mooi om de vragen van kinderen rondom dit thema te horen. Daarnaast is het handig om aan de hand van de vragen in te schatten hoe het met een kind gaat en wat er in het hoofdje omgaat.
Terwijl ik daar sta, vraagt Chris tot 2 x toe wie er eigenlijk gaat rijden. De chauffeur geeft aan dat hij dat is. Voor even zijn Chris zijn vragen beantwoord.
 
De rest van de familie komt naar buiten, klaar voor vertrek. Ik geef aan dat iedereen naar zijn auto kan gaan en achter de rouwauto plaats mag nemen. Ik zal de auto, naar wens van de familie, een stukje de straat uit lopen. Terwijl iedereen naar de auto gaat, ziet Chris mij ineens voor de rouwauto gaan staan. Snel schiet hij langs zijn moeder heen en rent naar de chauffeur van de rouwauto.
 
‘Goed op opa letten hoor, want mevrouw Lot verliest mensen. Zij is haar vader ook verloren.’